“En Stinus liep nog steeds op de spinbaan; hij was krom gekrompen en zijn dunne snor krulde over de tandeloze mond. Zijn stapkes waren ongelijk als die van een kind dat pas leert lopen en onvast deinsde hij met het spinnende touw in de hand op het harde, uitgeholde pad. De dag waarop Stinus niet meer zou lopen, mocht de grafmaker zich gereed houden.”
Meester René Van de Velde vereeuwigde de noeste arbeid van de spinner in een lied dat in 2000 door de dienst toerisme van onder het stof werd gehaald en verheven tot Hams volkslied. De populaire crooner van eigen bodem, Gary Hagger, zong het lied in voor het massaspel Vuur over dijkenland, dat in een regie van Jaak Van der Helst het wel en wee van onze gemeente in scène zette.
SPINNERSLIED
Spin uw draad o spinner
als het wielken draait,
en de bomen ruisen
en het haantje kraait.
Spin vol lust en wonne
tot het avondrood.
God schenkt u zijn zonne,
zegen, kroost en brood.
Spin onder bomen,
zing in uw dromen,
als de nachtegalen slaan
en de bloemen opengaan.
Draai aan uw wielken,
hou van uw stielken,
zolang Gods zonne
schijne op uw baan.
Vader ook was spinner
bij een waterbron.
’k moest het wielken draaien
tot ik niet meer kon.
Moeder schaarse eten
brokkelde nog met vreugd.
‘k Zal het nooit vergeten
’t lied van mijn arme jeugd.
’t Beeld van mijn vader,
komt me steeds nader. ‘k Zie hem in morgenklaarte gaan,
‘k zie hem in avondgrauwte gaan.
Veel lieve rozen,
heeft hij zien blozen,
trots al het boze
van een doornen kroon
Zing uw schoonste liedje
lijk een nachtegaal.
Als uw draadje af is weet dat God u haalt,
Zing zo lang ’t gegund is
tot er sterren staan
en de Heer u roepe
op zijn spinnersbaan
Spin onder bomen,
zing in uw dromen,
als de nachtegalen slaan
en de bloemen opengaan.
Draai aan uw wielken,
hou van uw stielken,
zolang Gods zonne
schijne op uw baan.
